OK , (IK BEN EEN) BOOMER
Ieder jaar kiest Van Dale het woord van het jaar. In 2019 was dat “boomer”. (1) Ik ben wel bezig met taal, maar ik had dit woord helemaal gemist. Ik kende het niet.
De betekenis is volgens het bekende woordenboek:
“(jongerentaal) persoon, m.n. van gevorderde leeftijd, met ouderwetse denkbeelden of conservatieve opvattingen; = fossiel)” (2)
Het wordt doorgaans gebruikt met “Ok” ervoor. De betekenis verandert dan iets. “Ok, boomer' betekent dus zoiets als: 'Stop eens met zeuren ouwe, we hebben het met je gehad.' Of: 'Ik kan het je wel uitleggen, maar je snapt het toch niet.” (3)
De schrik sloeg mij meteen om het hart. Ik las het en wist instinctief dat ze het over mij hadden. Van Dale had mij gedefinieerd en daarna ook nog tot woord van het jaar gemaakt! Daarom kende ik het natuurlijk niet. Het werd stiekem en besmuikt lachend achter mijn rug om gebruikt. “Kijk, daar heb je die boomer Bertus. Ruik je de doorgekookte spruitjes?” of “Laat hem maar zwetsen. Hij is een boomer. Dan weet je het wel.”
Conservatieve boomers (da’s dubbelop) houden van feitjes checken en kennis delen. Evidence informed en zo. Dat geeft zekerheid in roerige tijden. En dus ben ik verder op onderzoek gegaan in boomerland.
In de Volkskrant van 17 december 2019 wordt uit de doeken gedaan wie de boomer dan wel is. (4)
Ik lees gerustgesteld dat boomers geboren zijn in de periode van de babyboom. Dat zijn de jaren 1946-1955. Ik ben van even daarna. Te kort erna om echt gerustgesteld te zijn.
Om de verwarring groter te maken lees ik dat het niet alleen om kalenderleeftijd gaat. Er zijn ook boomers van 20 en ik heb generatiegenoten die geen boomer zijn. Da’s allemaal goed en wel, maar deze twintigers worden dan vergeleken met mensen van mijn generatie. Mijn leeftijdsgroep is altijd het negatieve uitgangspunt.
Om de verwarring groter te maken lees ik dat het niet alleen om kalenderleeftijd gaat. Er zijn ook boomers van 20 en ik heb generatiegenoten die geen boomer zijn. Da’s allemaal goed en wel, maar deze twintigers worden dan vergeleken met mensen van mijn generatie. Mijn leeftijdsgroep is altijd het negatieve uitgangspunt.
Philip Huff gaat nog een stapje of 32 verder: “Het zijn mensen die vroeger zogenaamd heel progressief dachten’, stelt hij. ‘Maar tegenwoordig denken ze vooral aan hun hypotheekrenteaftrek. Ze negeren de precaire positie van jongeren op de arbeids- en woningmarkt.’ Volgens Huff zijn ze niet bestand tegen kritiek. ‘Als je een boomer tegenspreekt, stellen ze dat je het niet goed begrepen hebt.’ De typische boomer volgens Huff: ‘Iemand met een volledig vergoed gehoorapparaat die niet luistert naar een ander.” Hij is 35 en duidelijk geen boomer en ik heb een verwaarloosbare hypotheekrenteaftrek. Gelukkig ziet hij me nog wel als mens. Da’s al heel wat.
Hoe zit het dan met mij?
Conservatief en behoudend zijn natuurlijk relatieve begrippen. Wat de een als conservatief ziet is voor de andere wellicht helemaal niet zo conservatief. Het wegzetten van een hele groep als zijnde een hoeveelheid mensen met dezelfde mentaliteit is natuurlijk onzin. Dat weet meneer Huff ook wel, maar een beetje prikkelen moet blijkbaar kunnen. Ook al slaat het als een tang op een dood varken.
Maar waarom dan die in het begin genoemde schrik. Waarom denk ik dat ik, als je de definitie volgt, gezien kan worden als een boomer?
Ik geloof in verbetering, ik geloof in uitgaan van het bestaande en dat met ons vakmanschap verbeteren. Radicaal vernieuwen met op drijfzand gebaseerde theorieën werken niet. Verbeteren, iedere dag weer verbeteren. Ik ben blij dat ik niet meer lesgeef als 37 jaar geleden toen ik in Overschie begon. Ik verdiepte me in onderwijstheorieën. Volgde de goede nascholingen. Keek bij ervaren collega’s en leerde ervan. Keek wat werkte en paste het toe. Soms zag ik dingen die niet werkten. Die deed ik niet. Die rust werd mij gegund.
Ik schuwde en schuw het experiment niet. Klein en zonder gevaar voor de betrokkenen, want de basis veranderde niet. Wat bewezen werkte bleef en wat niet werkte kon ik, zonder een centje pijn voor de kinderen, weer afvoeren. En dat dag in, dag uit. Tientallen jaren lang. Soms onder de moeilijkste omstandigheden in wat bekend staat als een van de lastigste wijken van Nederland. Als de kinderen allemaal maar een gelijke kans hadden. Niemand kan dat van mij afnemen. Vakmanschap heet dat geloof ik. Ik geloof erin. Als een echte boomer. Me dat realiserende werd ik steeds trotser op deze benaming.
Ik zei in het begin van dit stuk dat “Ok, boomer” betekende; “…..'Ik kan het je wel uitleggen, maar je snapt het toch niet.” Hoewel het wellicht niet zo bedoeld is klopt het wat mij betreft wel. Radicale vernieuwingen waarin, gebaseerd op niks, alles veranderd moet worden kunnen aan mij niet uitgelegd worden. Zeker niet als een of andere vaag omschreven tijdsgeest daarom vraagt. En de ideologen proberen het keer op keer. Maar ik snap het echt niet. En ben inmiddels, na vele pogingen zover dat ik niet meer wil snappen. Stop de pogingen maar. Gebruik je energie beter en verspil de mijne niet.
In het Engelse, inmiddels dus ook Nederlandse, woord “boomer” zit het Nederlandse woord boom. Een boom zie ik als een stevige basis. De grote watercypres naast mijn huis vertrouw ik blindelings. In de zwaarste storm geeft hij geen krimp. Met zijn wortels diep in de Drentse bodem verankerd maar met de trotse blik omhoog. Gericht op groei om mooier en sterker te worden. Hij is ook zevenenvijftig jaar oud, maar niet verouderd. Een echte boom-er. Die groei hapert soms (de langdurige droogte van 2018 kwam hard aan) en soms groeit hij snel en weelderig (de voorwaarden zijn goed). Hij kan alleen maar standhouden als de basis sterk en gezond is. Doe verkeerde dingen met de wortels en hij sterft een jammerlijke dood.
De overeenkomsten met het onderwijs zijn groot.
Momenteel is de onderwijsboom wankel. Dat komt vooral door invloeden van buitenaf. Het lerarentekort met al zijn gevolgen doen de boom geen goed. De basis raakt dagelijks verder aangetast.
Laten we dan proberen de basis van binnenuit weer solide te maken en ons daarbij niet laten verleiden tot experimenten en proefballonnen in de verzorging van de boom. Daar is de boom nu echt niet bij gebaat. Daar zijn de kinderen en wij niet bij gebaat. Vernieuwers en curriculum doordrukkende minister: ga op uw handen zitten en maak de boom eerst weer solide met de middelen die wel werken: gezonde voeding , zonlicht en water. Daarna kijken we wel verder.
Laten we dan proberen de basis van binnenuit weer solide te maken en ons daarbij niet laten verleiden tot experimenten en proefballonnen in de verzorging van de boom. Daar is de boom nu echt niet bij gebaat. Daar zijn de kinderen en wij niet bij gebaat. Vernieuwers en curriculum doordrukkende minister: ga op uw handen zitten en maak de boom eerst weer solide met de middelen die wel werken: gezonde voeding , zonlicht en water. Daarna kijken we wel verder.
Dan kan deze boom-er iedere dag leren en aanleren.
Bertus Meijer / Onderwijsenzo
Januari 1974 ….. oh nee ….. 2020
Literatuur:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten